index Zee-ezel


Het verhaal gaat over hen / hun.

Wat is goed: hen of hun?


Na een voorzetsel schrijf je hen.
Het woord over is een voorzetsel.
Dus is het:

Het verhaal gaat over hen.

Andere voorbeelden:

-  De jury gaf de prijs aan hen.

-  Het feest is bij hen.

Dankzij hen leef ik nog.

-  Hij gaat met hen op vakantie.

-  Ik zat naast hen.

-  An en Dré hebben op hen gestemd.

-  Ik heb het tegen hen gezegd.

-  Wij wonen tegenover hen.

-  Wat heb je voor hen gekocht?



Onze Taal: naar het advies van de Taaladviesdienst.
Taalunieversum: naar het advies van Taaladvies.net.
Naar alle vragen aan Zee-ezel.


Geplaatst op 27 november 2010.

© Surfspin 2010